Het opvallendste verschil is natuurlijk de maat, de Grand is ”de grote” en de Petit is de ”kleine”. Voor de Grand zegt de standaard dat ze tussen de 39 en 43 cm moeten zijn, hierbij mogen de uitmuntende exemplaren tot 45 cm groot zijn. De Petits zijn tussen de 34 en 38 cm groot, terwijl hier de uitmuntende exemplaren juist 1 cm kleiner mogen zijn. Maar er zijn natuurlijk veel meer verschillen. Eerst het zogenaamde type, bij de Grand is eigenlijk alles langer en bij de Petits is alles wat korter. Met alles bedoel ik dan de poten, het lichaam, het hoofd (zowel de snuit als de schedel), de oren en de staart.
Grand Basset versus Petit Basset
Bij de Grand moeten de oren ten minste tot de neuspunt reiken en het liefst langer, terwijl de oren bij de Petit niet voorbij de neuspunt mogen komen. Als u dan ook nog weet dat de snuit van de Grand veel langer is dan van de Petit, kunt u bedenken dat het behoorlijk wat scheelt. Voor de staart geldt ongeveer hetzelfde, bij de Grand voorbij het spronggewricht (de hak) en bij de Petit tot.
Grand Basset Griffon Vendéen
Petit Basset Griffon Vendéen
Het lichaam van de Grand is zoals gezegd ook in verhouding langer dan die van een Petit. Een Petit doet een beetje aan een Terrier lijken in bepaalde punten, vooral omdat ze korter zijn en de kortere staart die zeer actief omhoog gedragen wordt. Een Grand houdt zijn staart doorgaans iets minder verticaal dan de Petit.
Dit zijn qua uiterlijk wel de belangrijkste verschillen, ze hebben natuurlijk ook heel veel overeenkomsten. Zo hebben ze dezelfde vacht en zijn dezelfde kleuren toegestaan. Allebei moeten ze mooi en sterk gebouwd zijn, zodat ze een mooi vlot, stuwend en uitgruipend gangwerk kunnen laten zien.
Ze zijn ook verschillend van karakter. De Grand is in het algemeen rustiger, trekken zich van niets wat aan en zijn minder onstuimig als de Petit. De Petit ziet alles en iedereen, terwijl de Grand ook best kan blijven liggen als hij het allemaal niet zo interessant vindt.
